Bob Kaper swingt tijdens Breda Jazz Festival
Een icoon als Bob Kaper verdient een mooi podium en dat kreeg hij tijdens de 50ste editie van het Breda Jazz Festival. Vanavond speelde hij zijn jubileumconcert; hij vierde zijn 67-jarig jubileum en liet Breda swingen. Ter ere van zijn jubileum heeft het Breda Jazz Festival aan Bob Kaper de Breda Jazz Festival bokaal uitgereikt, die ”een ereplaats gaat krijgen boven mijn bed!”.
Carrière
Bob’s muzikale carrière begon in 1955 op 16-jarige leeftijd. In 1957 richtte hij ‘The Beale Street Seven’ op, een dixieland-ensemble dat landelijke bekendheid wist te verwerven. Al in 1966 trad Bob toe tot de Dutch Swing College Band. In 1990 nam hij na het overlijden van Schilperoort de muzikale leiding van de Dutch Swing College Band op zich. De DSC Band kreeg in 1990 de Nederlandse Export Award en in 1994 de prestigieuze Bird Award van het North Sea Jazz Festival. In 1999 werd Bob onderscheiden als ridder in de orde van Oranje Nassau voor zijn bijdrage aan de jazzmuziek in Nederland. Als leider, boegbeeld en niet aflatende pleitbezorger voor de traditionele jazz. Bob werkte met wereldberoemde muzikanten als Teddy Wilson, Albert Nicholas, Nelson Williams en is inmiddels op 83-jarige leeftijd zelf een legende.
Geluk en een twinkeling
Een rijke geschiedenis draagt Bob Kaper met zich mee. “Ik heb alles mee mogen maken wat ik als jongetje in een boekje las.” Hij had een beetje geluk in het leven om steeds opnieuw mensen om zich heen te hebben die hem bleven steunen en verder op weg hebben geholpen. Kaper bleef daardoor naar eigen zeggen gemotiveerd. Op de vraag of een avond als deze opnieuw zo'n prikkel is, beginnen zijn ogen te stralen. “Ja! Dat is enorm leuk om met al deze vogels hier te mogen spelen.” Die twinkeling is het kenmerk van jazz, volgens Kaper. “Dat aanstekelijke enthousiasme dat van alle kanten komt, en dan mag je ook wel eens uit de bocht vliegen, dat is helemaal niet erg!”
Eén gemis
Kaper heeft met vele grootheden mogen spelen, maar er is er eentje waarmee dat niet gelukt is en dat blijft toch een beetje knagen. Louis Armstrong ontbreekt aan die indrukwekkende. “Het zat er in, ik heb gespeeld met al die jongens met wie Louis ook mee speelde, maar met hem is het me nooit gelukt. Helaas. Die timing en zijn manier van doen...ja, ik had graag met hem gespeeld.”
Hoogtepunt
Terugkijkend zijn er vele hoogtepunten geweest in zijn carrière, maar er is één moment dat er voor Kaper zelf met kop en schouders bovenuit steekt. “Arie Ligthart belde me of ik Peter Schilperoort wilde vervangen in de Dutch College Swing Band tijdens een optreden in Duitsland. Peter was net geopereerd en kon er helaas niet bij zijn. Dus ik samen met Dick Kaart naar München. En moet je je voorstellen, ik speelde met mijn eigen band in schouwburgen en theaters voor 200 tot 300 man. We komen de bühne op en ik denk jemig...meer dan 2000 mensen in de zaal! Dick begint met die haal, en een collega kijkt me aan en zegt: ogen dicht en spelen! Geweldig; dit is voor mij nog steeds één van die markante momenten!”